Samenvatting

De dokter weet welke ziektes er bestaan en hoe ze iemand het best kan genezen. Ze onderzoekt haar patiënten en helpt hen om weer beter te worden of om gezond te blijven.
De verpleegkundige verzorgt de zieken. Hij meet hun temperatuur en hun bloeddruk. Of hij brengt medicijnen en kijkt hoe het met hen gaat. Met de dokter bespreekt de verpleegkundige hoe elke patiënt het best verzorgd kan worden.

Twee leerrijke informatieve boeken op kleutermaat zijn nu samengebracht in één band, met extra spelletjes!