Stellingen over geld

Door te praten over geldzaken, gaan kinderen beter nadenken over hoe zij zouden handelen in een bepaalde situatie. Het afwegen van voor- en nadelen, argumenten voor en tegen geeft een genuanceerder beeld. De informatie blijft bovendien langer hangen. Bespreek de volgende stellingen in je klas.

Stelling: Het is raar dat voetballers als Ronaldo hun benen verzekeren.

Leg uit waarom voetballers dit doen. Wat als je inkomsten afhankelijk zijn van je lijf? Wat is het nut van verzekeren? En is het niet jammer om elke maand veel geld te betalen als je gewoon gezond bent?

Stelling: Als ik duizend euro krijg, geef ik het dezelfde dag nog uit.

Wie is het met deze stelling eens en waarom? Wie heeft een andere mening? Bespreek het nut van sparen. Het is leuk als je later ook nog van dit geld kunt genieten. Maar kaart ook aan dat je best eens zomaar van de mogelijkheden van veel geld mag genieten.

Stelling: Ik laat me niet beïnvloeden door reclame.

Stelling: Als je je telefoon kapot laat vallen, moet je je geld terugkrijgen.

Geef aan dat dit twee kanten heeft. Het is bijzonder zuur als je maandenlang hebt gespaard voor een dure uitgave en er gebeurt iets mee. Maar je moet natuurlijk ook zuinig zijn op je spullen. Wie zou er moeten opdraaien voor de brokken die jij maakt?

Stelling: Wie veel geld heeft, is gelukkig.

Geld biedt veel mogelijkheden: mooie huizen, luxe auto’s, dikke horloges, zwembaden en onbeperkt reizen. Maar word je daar ook echt gelukkig van? Wat als je je steeds zorgen maakt over mensen die je geld van je af willen pikken? En zijn arme mensen dan dus ongelukkig?

Leren over geld

Op deze pagina staan eenvoudige opdrachten over geld om te oefenen op beginnersniveau. Ook kan je een werkblad downloaden om kinderen offline in te laten werken. Deze pagina en het werkblad horen bij het lespakket Het Nationaal Geldexamen.