Puk is verkouden. Toch wil hij buiten in de zandbak spelen. Vol goede moed start hij met het maken van zandtaartjes. Maar Puk moet steeds niezen. Soms zo hard dat alles wat hij gemaakt heeft door de zandbak vliegt.
De kinderen gaan met Puk naar de zandbak. Puk is verkouden en niest zo hard dat er zandwolken ontstaan.
In het zand liggen allerlei (zand)vormpjes. De kinderen vullen afwisselend ronde, vierkante en driehoekige vormpjes met zand.
De kinderen helpen de vormpjes op de goede plek te zetten zodat er een kloppend patroon ontstaat.
Hoe werkt het?
Hatsjoe! sluit aan bij de belevingswereld van peuters en bij het thema ‘Hatsjoe’ uit Uk & Puk. Hatsjoe is een game waarin de kinderen met Puk ‘zandtaartjes bakken’. In de game doorlopen de peuters al bewegend een aantal fasen:
- Puk verkouden: De kinderen gaan met Puk naar de zandbak. Puk niest zo hard dat er zandwolken ontstaan.
- Vormen herkennen: In het zand liggen allerlei (zand)vormpjes. De kinderen vullen afwisselend ronde, vierkante en driehoekige vormpjes met zand. Zo maken ze lekkere zand-taartjes!
- Patronen voortzetten: Puk zet alle taartjes op een rij. In een vast patroon. De kinderen helpen de vormpjes op de goede plek te zetten zodat het patroon klopt. Zo nu en dan moet het opnieuw omdat Puk dan taartjes uit het patroon niest. Puk niest af en toe zó hard dat zelfs zijn muts of sjaal afvliegen en onder het zand verdwijnen. De kinderen moeten helpen zoeken want anders krijgt Puk het koud.
- Hard niezen: Het niezen wordt steeds erger. Uiteindelijk niest Puk zo hard dat hij zelf door de lucht vliegt en onder het zand belandt! De kinderen helpen hem eruit.
- Overal zand: Dit gaat zo niet. Puk wil lekker naar binnen. Maar eerst moet al het zand eraf. De kinderen stampen, schudden en wapperen al zingend en dansend met Puk het zand van zich af.
Waar werk je aan?
In deze game staan de volgende ontwikkelingsgebieden en inhouden centraal. Bij Hatsjoe is hiervan rekenen de belangrijkste en meest prominente.
- Rekenen: De kinderen onderscheiden en benoemen eenvoudige meetkundige vormen zoals rondje, vierkant en driehoek. Ze herkennen eenvoudige patronen en zetten deze voort.
- Taal: De kinderen begrijpen en voeren instructies uit.
- Sociaal-emotioneel: De kinderen kunnen een taak afmaken en zetten door als het niet meteen lukt.
- Motoriek/ Bewegen: De kinderen doen bewegingen bij een gezongen lied.