Jonge kinderen hebben een geweldig geheugen – probeer maar eens een potje Memory van ze te winnen! Prentenboeken die ze vaak voorgelezen hebben gekregen, kunnen ze soms woordelijk herhalen. Wanneer ze dat doen bij de juiste bladzijde en met hun ogen op de woorden, lijkt het ook alsof ze echt lezen. Maar wanneer spreken we van écht lezen? Wat is woordbeeldherkenning en wat heeft het met lezen te maken? En als je kind al vroeg echt heeft leren lezen, wat bied je hem of haar dan aan?
Sommige kinderen kunnen niet wachten tot ze zelf kunnen lezen. Eén op de tien kleuters leert zichzelf lezen in groep 2 en er zijn zelfs kinderen die er nóg vroeger bij zijn. Peuters en kleuters zijn volop aan het ontdekken hoe al die lettertekens zich verhouden tot de werkelijkheid. Wanneer hun ouders hen voorlezen, zien ze een vertaalslag van die tekens naar een verhaal. Jonge kinderen doen hierin van nature hun ouders na en dat is goed voor de taalontwikkeling en het latere lezen. Maar het is dus nog niet echt lezen.
Woordbeeldherkenning
Bij woordbeeldherkenning ziet je kind een woord als plaatje. Bijvoorbeeld de eigen naam, Tom, bestaat uit streepjes en boogjes in een bepaalde verhouding tot elkaar. Dat plaatje, het woordbeeld, hoort bij de kleuter, en hij noemt de eigen naam bij het zien van dat plaatje. Maar woorden die er sterk op lijken, lezen ze ook als Tom. Tam, bijvoorbeeld. Of Ton. Dit is een natuurlijke stap in de leesontwikkeling van je kind, maar nog geen echt lezen.