Zo daagt Taaljacht sterke leerlingen uit

Sterke leerlingen in taal hebben niet per se behoefte aan méér werk, maar aan werk dat hen echt laat nadenken. Werk dat hun taalgevoel verdiept, hun woordenschat uitbreidt en hen uitdaagt om zelf met taal aan de slag te gaan. Taaljacht speelt daar doelgericht op in. In plaats van ‘meer van hetzelfde’ krijgen taalsterke leerlingen bij Taaljacht volop mogelijkheden om hun vaardigheden te verdiepen.

Van plusopgaven tot vrije formats voor eindtaken: de methode biedt ruimte, differentiatie en uitdaging. Zo kan iedere leerling groeien op zijn of haar eigen niveau – en kunnen ook de snelle denkers in je klas écht aan de slag.

Plusopgaven zorgen voor verdieping

In het werkboek van Taaljacht vind je bij veel onderdelen plusopgaven. Die herken je aan een + voor de opdracht. Deze opgaven stimuleren leerlingen om dieper na te denken en een stap verder te gaan dan de basis. Voor taalsterke leerlingen biedt dit extra uitdaging binnen dezelfde leerlijn. In het bladerboekje zie je voorbeelden van plusopgaven op bladzijde 7 en 13.

Woordenschat op drie niveaus

Bij het onderdeel woordenschat werkt Taaljacht met A-, B- en C-woorden. De C-woorden zijn minder frequent en horen bij het plusniveau. In de opgaven herken je ze aan de letter C voor de opdracht. Deze woorden bieden een natuurlijke verdieping voor leerlingen die al een brede woordenschat hebben. Voorbeelden vind je in het bladerboekje op bladzijde 5 en 11.

Creatieve vrijheid in de roadmap en eindtaak

Tijdens de lessen bouwen leerlingen stap voor stap aan een eindtaak. Daarbij maken ze gebruik van de roadmap, waarin ze onderdelen van de taak voorbereiden. Dit helpt hen om hun productieve taalvaardigheden – mondeling en schriftelijk – te ontwikkelen op hun eigen niveau. Voorbeeld in het bladerboekje op bladzijde 3.

Voor de eindtaak zijn er formats op twee niveaus:

• Voor taalzwakke leerlingen is er een duidelijk format met structuur en voorbeelden.
• Voor taalsterke leerlingen is er juist een vrij format, of de mogelijkheid om in een schrift te werken. Zo ontstaat ruimte voor creativiteit en eigen inbreng.

Presenteren in les 10

In de tiende les presenteren alle leerlingen hun eindproduct. Voor sterke leerlingen is dit niet alleen een afsluiting, maar ook een nieuw leermoment. Let tijdens het presenteren goed op hun taalproductie. Denk daarbij aan onderdelen als samenhang, woordgebruik, doelgerichtheid, afstemming op de ander, vloeiendheid en correctheid. Gebruik je observaties om gerichte feedback te geven voor een volgende taaltaak.

Oefenen op eigen niveau

Met de Oefensoftware van Taaljacht kun je leerlingen eenvoudig laten oefenen op hun eigen niveau. Sterke leerlingen krijgen daarmee automatisch opgaven die aansluiten bij hun taalvaardigheid. Zo oefenen ze doelgericht, zonder tijd te verliezen aan herhaling van wat ze al beheersen.

Compacte leerlijn bij spelling en grammatica

Voor spelling en grammatica biedt Taaljacht een compacte leerroute voor begaafde leerlingen. Op basis van voortoetsen selecteer je wie in aanmerking komt. Deze leerlingen volgen een verkorte route met maximaal één instructieles per week (inclusief dictee).

Extra instructie of verwerking is voor deze groep niet nodig. Besteed de resterende tijd bijvoorbeeld aan pluswerk uit Taaljacht Taal of verrijkende opdrachten uit andere vakgebieden.

Elke week maken sterke spellers beide toepassingspagina’s. Ook bij het DicTwee gebruiken zij de pluswoorden, wat zorgt voor extra uitdaging.

Meer weten over Taaljacht?

Taaljacht is de taal- en spellingmethode van Zwijsen voor groep 4 t/m 8. De methode stimuleert taalontwikkeling op elk niveau – met ruimte voor differentiatie, eigenaarschap en creativiteit.