Leren in samenhang met Code D

Heb je de nieuwe conceptkerndoelen al gezien? Hierin wordt benadrukt hoe belangrijk leren in samenhang is en hoe dat er voor wereldoriëntatie uitziet.

Ton Roelofs, procesregisseur van het kerndoelenteam mens en natuur van het SLO, legt uit: ‘Aardrijkskunde is bij uitstek een schoolvak dat verbindingen legt tussen de leergebieden mens en natuur en mens en maatschappij. Veel vraagstukken bevinden zich op het raakvlak van beide leergebieden. Aardrijkskunde staat met het ene been in mens en natuur en met het andere in mens en maatschappij.’ 

Mens en maatschappij en mens en natuur

Daarom is in de kerndoelen het vak aardrijkskunde opgesplitst in sociale aardrijkskunde en fysische aardrijkskunde. De sociale aardrijkskunde valt samen met het vak geschiedenis onder Mens en Maatschappij, terwijl de fysische aardrijkskunde samen met natuur & techniek is ondergebracht in Mens en Natuur. Zo sluiten de vakgebieden die van nature bij elkaar horen bij elkaar aan en sluit het wereldoriëntatieonderwijs beter aan bij de belevingswereld van kinderen. Ze leren verbanden zien en begrijpen beter hoe de wereld in elkaar steekt. Kennis beklijft zo beter.

 ‘Voorheen lag de nadruk vooral op cognitief leren,’ stelt Goudsmit. ‘Nu worden leerlingen meer aan het denken gezet.’

In Code D tref je de nieuwe kerndoelen al aan

De lesstof in Code D is al opgedeeld volgens deze nieuwe kerndoelen. Elke jaargroep bestaat uit tien thema’s:

• vijf thema’s Mens en Maatschappij (geschiedenis en sociale aardrijkskunde)
• vijf thema’s Mens en Natuur (natuur & techniek en fysische aardrijkskunde)

Precies volgens de gedachte dat leren in samenhang in alle opzichten beter is: de lesstof krijgt meer betekenis en beklijft beter. Met Code D doen leerlingen dus een stevige kennisbasis op.

Vooruitstrevende didactiek

Maar er is meer. Ook qua didactiek loopt Code D voorop. In het werkboek van Code D, dat eruitziet als een jeugdtijdschrift, staan bronnen en opdrachten. De bronnen zijn rijk: de informatie wordt op verschillende manieren aangeboden in teksten, in grafieken en afbeeldingen. Met de opdrachten, de zogeheten kijk- en denkopdrachten, gaan de leerlingen actief aan de slag gaan met de bronnen. Daarbij moeten ze verschillende vaardigheden gebruiken, zoals logisch redeneren, kaartlezen, oorzaak-gevolgrelaties ontdekken en nog veel meer. Onder de motorkap van de methode ligt hiervoor een uitgewerkte vaardighedenlijn.

Actief kennis verwerven en verbanden leggen

De leerlingen verwerven hun kennis over de wereld dus op een actieve manier. Ze worden aan het denken gezet en terwijl ze dat doen, ontwikkelen ze ook hun vaardigheden, en andersom.

Zo leggen ze – geheel in lijn met de koers van de nieuwe kerndoelen – zelf verbanden, krijgen ze grip op informatie en leren ze steeds meer over de wereld om hen heen. En het mooie is … hoe meer ze weten, hoe nieuwsgieriger ze worden.

Lezen en wereldoriëntatie

Er is nog meer samenhang! Ook lezen en wereldoriëntatie komen samen in Code D. Lees er hier meer over.

Ontdekken hoe je met Code D leert in samenhang?

Vraag een zichtzending aan. Zo krijg je een goed beeld van mens en maatschappij en mens en natuur in Code D.