Per half jaar heb je twee leeswerkboeken. Hierin gaan leerlingen ‘lezen met de pen’: echt in de teksten werken. Volop onderstrepen, omcirkelen en aantekeningen maken. In het leeswerkboek staan alle teksten die in de lessen gebruikt worden, met gevarieerde oefeningen en opdrachten gericht op leesbegrip, leesbeleving, studerend lezen én voordrachtslezen.