Close Reading: tips voor in de praktijk

‘Close Reading’ is bezig aan een opmars. Steeds vaker adviseren leesexperts om bij het begrijpend lezen te werken volgens deze aanpak. Je hoort en leest erover op congressen en blogs. Kees Vernooy, autoriteit op het gebied van lees- en taalonderwijs, pleit al jaren voor ‘Close Reading’. Soms kiezen leerkrachten voor een eigen werkwijze en scholen vermelden op hun site dat ze het leesonderwijs een impuls willen geven met Close Reading. Reden genoeg om in te zoomen op wat Close Reading is.

Wat is Close Reading?

Close Reading is een manier van lezen waarbij leerlingen een uitdagende tekst meerdere malen lezen, steeds met een ander leesdoel. Het doel van Close Reading is dat kinderen de tekst goed begrijpen en erachter komen wat de schrijver met de tekst wil vertellen. Daarvoor gaan ze actief met de tekst aan de slag. Ze zoeken naar informatie, stellen vragen over de tekst en beantwoorden deze, maken aantekeningen en discussiëren over wat ze gelezen hebben.

De drie fases van Close Reading

Close Reading lessen

De kinderen lezen en herlezen de tekst, in meerdere lessen. Ze gaan daarbij steeds dieper op de tekst in:

LeesbeurtUitgangspuntVoorbeeldvragen
1e keer lezenAlgemeen begripWaar gaat de tekst eigenlijk over?
2e keer lezenDetailniveauWat betekent dit woord? Hoe liggen de verbanden in een tekst? Welke details zijn belangrijk en waar vind ik die precies?
3e keer lezenAfgeleid niveauWat bedoelt de schrijver? Wat vind ik daarvan? Wat zegt die andere tekst hierover?

Soms zullen de leerlingen echt met de tekst moeten worstelen om alle informatie eruit te kunnen halen. De tekst is misschien moeilijker dan wat ze gewend zijn, maar alleen dan is de tekst ook interessant genoeg om meerdere keren te lezen.

Vier tips om zelf aan de slag te gaan met Close Reading

Begrijpend lezen is een van de moeilijkste dingen die kinderen moeten leren. Daar zijn heel complexe vaardigheden bij nodig. Het begint met goed (technisch) kunnen lezen. Tijdens het lezen doet een lezer voorspellingen over het vervolg van de tekst. Hij leidt informatie af uit wat hij gelezen heeft. Hij koppelt wat hij al wist aan wat hij aan het lezen is. Hij interpreteert wat er bedoeld wordt. Hij controleert of de voorspelling klopt. Dit is geen rechtlijnig proces, en kan niet eenvoudig volgens een vast stappenplan aangeleerd worden. Daarom zijn er veel onderzoeken gedaan naar wat er nu eigenlijk werkt. Uit onderzoek van o.a. Hattie (2014) en Marzano (2014) blijkt dat een aantal factoren van belang zijn voor het begrijpend lezen. Hierbij de vier belangrijkste tips:

1) Laat een tekst meerdere keren lezen

Het vaker lezen van een tekst zorgt ervoor dat de kinderen de tekst vlot gaan lezen, een beter begrip krijgen en dat de informatie beter blijft hangen. De tekst moet daarom niet te makkelijk zijn, en voldoende haakjes bieden waar de kinderen mee aan de slag kunnen.

2) Geef kinderen een duidelijk doel bij het lezen van de tekst

Dat doel is anders bij de eerste keer lezen dan bij de volgende keren. Stel daarbij concrete vragen over de tekst die aan dat specifieke doel werken. Voorkom dat kinderen alleen maar schriftelijk vragen moeten beantwoorden. Het gaat om de interactie tussen leerkracht en leerling, tussen de leerlingen onderling en tussen de leerling en de tekst.

3) Zet de leerlingen actief met de tekst aan het werk

Het helpt daarbij als de leerkracht eerst voordoet welke vragen hij zichzelf stelt tijdens het lezen, en hoe hij de antwoorden op die vragen in de tekst vindt (het zogenaamde ‘modellen’). Vervolgens gaan kinderen zelf aan de slag. Ze maken bijvoorbeeld aantekeningen bij de tekst; ze stellen zichzelf vragen en zoeken daar de antwoorden op; ze onderstrepen aanwijzingen voor die antwoorden in de tekst. Zo zijn ze echt met de tekst bezig.

4) Laat kinderen samenwerken

Een belangrijke vorm van samenwerking is het discussiëren over de tekst. Daarbij wisselen ze hun eigen meningen uit. Ze leggen aan elkaar uit hoe ze tot hun antwoord zijn gekomen en waar dat in de tekst staat. Als kinderen met elkaar over de teksten praten, gaan ze zelf de tekst ook beter begrijpen. Dit moet je als leerkracht dus goed sturen. Kinderen moeten goed weten waarover ze met elkaar moeten praten, wat de opbrengst van de discussie moet zijn en tot welke conclusie ze moeten komen.

Close Reading in leesmethode Estafette editie 3

Voordat kinderen een tekst goed kunnen begrijpen, moeten ze hem eerst goed kunnen lezen. Daarvoor is het dus van belang dat ze ook het technisch lezen onder de knie hebben. De koppeling met een leesmethode ligt daarom voor de hand, vooral als het een methode is met teksten die geschikt zijn om meerdere keren te lezen. Estafette editie 3 koppelt technisch lezen (correct, vlot en vloeiend) aan lezen met begrip. De uitgangspunten van Close reading zoals die hierboven genoemd zijn, zijn daarom verwerkt in deze leesmethode. Hiermee wordt het voor de leerkracht makkelijk om op een praktische manier met Close Reading te werken. Bekijk ook dit filmpje over leesbegrip volgens Close Reading.

Daarnaast: focus op leesplezier en leesbevordering

Estafette besteedt veel aandacht aan leesplezier en leesbevordering. De omnibusteksten voor groep 4, 5 en 6 zijn geschreven door gerenommeerde kinderboekenauteurs zoals Rian Visser, Stefan Boonen, Floortje Zwigtman en Harmen van Straaten. Zij hebben rekening gehouden met de leerlijn technisch lezen, maar hebben daarnaast alle vrijheid gehad om aansprekende, rijke teksten te schrijven. In de teksten komen allerlei literaire tekstkenmerken aan bod. Bekijk hieronder een voorbeeld van de diverse teksten in een omnibusboek van Estafette:

Meer weten?

Reacties (0)

Geef een reactie

Jouw email wordt niet gepubliceerd.

0
    Je winkelmand
    Je winkelmand is leeg< Verder winkelen
      Bereken verzendkosten
      Kortingscode toepassen

        Toegevoegd aan winkelmand

        Naar winkelmandje