Tips spelend leren in groep 3 – kern 7

Spelend en bewegend leren is erg belangrijk voor de persoonlijke ontwikkeling van een kind. Door plezier te maken ontwikkelt een kind namelijk allerlei belangrijke vaardigheden. Denk bijvoorbeeld aan de grove en fijne motoriek, ruimtelijk inzicht en creatief denken. In de serie ‘Tips voor spelend leren in groep 3’ verzamelen wij daarom diverse opdrachten die jij als leerkracht in je keuzewerk op kunt nemen. Leuk, efficiënt en direct toepasbaar!

Spelend leren in kern 7

In dit artikel beschrijven we twee keuzeopdrachten voor kern 7 van Veilig leren lezen kim-versie, namelijk:

Nieuw: Veilig leren lezen Zoem-versie

Wist jij al dat er een nieuwe versie is van Veilig leren lezen? Veilig leren lezen Zoem-versie is voor iedereen beschikbaar vanaf schooljaar 2024-2025. Gemaakt door leerkrachten en wetenschappers, met de nieuwste inzichten. Ben je al nieuwsgierig?

zichtzending veilig leren lezen zoem

Pijlenopdracht met cluster- en sch-woorden

Doel: cluster- en sch-woorden spellen en lezen

In kern 7 leren kinderen clusterwoorden zoals brug, slot, fiets en hert lezen en spellen. Vanaf dag tien wordt het lezen en spellen van woorden met sch geïntroduceerd. Met de pijlenopdracht herhalen de kinderen deze vaardigheden. Ze stellen bij de eerste opdracht woorden samen met clusters of met sch. Bij de tweede opdracht kijken de kinderen welke woorden van het leesblad zij ook zelf gevonden hadden. Hierdoor lezen zij de cluster- of sch-woorden nog een keer intensief. De opdracht met mmkm-/mkmm-woorden kan vanaf dag 7 worden ingezet; de opdracht met sch vanaf dag 10.

Voorbereiding

  • Download kopieerblad 1-5.
  • Knip de lila pijlen uit en knip de lettervakjes uit het witte papier.
  • Plak de witte lettervakjes met de beginclusters op de lettervakjes van de lila pijlen.
  • Lamineer de pijlen. Leg alle pijlen klaar, behalve die met sch. Die pijl kan na dag 10 van kern 7 worden toegevoegd.
  • Knip het kader op kopieerblad 2 uit. Plak dit kader op lila papier en lamineer het.
  • Print kopieerblad 3 op wit papier en knip het kader uit.
  • Plak dit kader op lila papier en lamineer het.
  • Print kopieerblad 4, de doe-kaart, knip het kader uit. Plak dit op lila papier en lamineer het.
  • Print kopieerblad 5 voor alle kinderen.
  • Maak een foto van de materialen van deze opdracht en bevestig die op het planbord.
  • Print deze foto ook op de helft van een A4’tje, met schrijfruimte eronder. Hang dit A4’tje naast het
  • planbord.

Instructie

  • Instrueer deze opdracht bij de start van kern 7 aan één kind. Laat dit kind de materialen bekijken en de doe-kaart. Vertel dat de doe-kaart laat zien wat er gedaan moet worden. Kan het kind, na het bekijken van de doe-kaart, vertellen wat de bedoeling van deze opdracht is?
    Er moet steeds één pijl gebruikt worden om drie woorden met het cluster van de pijl te maken. Elk woord wordt opgeschreven in het rijtje van het cluster dat op de pijl staat. Als alle rijtjes op het schrijfblad gevuld zijn, mag het kind het leesblad van het bureau van de leerkracht halen om de laatste opdracht uit te voeren: zet een kruisje als je een woord leest dat je ook zelf hebt opgeschreven.
  • Als het kind de opdracht goed begrijpt, mag het zijn naam op het A4’tje naast het planbord schrijven. Dan weten andere kinderen dat zij dit kind om uitleg mogen vragen.

Dierenverhaaltjes maken met behulp van een doe-kaart

Door het safaripark uit het ankerverhaal van kern 7 wordt de belangstelling voor (wilde) dieren gewekt. Leg voor de kinderen daarom een flinke stapel dierenboeken neer. Zorg voor boeken waarin één diersoort centraal staat. Het bekijken en lezen van deze boeken is de start van de opdracht “dierenverhaaltjes” maken. Met de doe-kaart kan deze opdracht helemaal zelfstandig worden gedaan. U kunt daarvoor de doe-kaart op kopieerblad 9 gebruiken. U kunt ook zelf zo’n doe-kaart maken met foto’s die in uw klassensituatie worden gemaakt. Dat zal de kinderen enorm aanspreken.

Stimuleer de kinderen meerdere dierenverhalen te maken en die te bundelen tot een boek met een mooie kaft.

Voorbereiding

  • Download kopieerblad 9 en 10.
  • Verzamel informatieve boeken over dieren waarin steeds één diersoort centraal staat.
  • Print kopieerblad 9, knip het kader uit en plak de doe-kaart op stevig, lila papier.
  • Maak een ruim aantal prints van kopieerblad 10. Sommige kinderen maken meerdere dierenverhalen
    die ze bundelen tot een dierenboek.
  • Leg stevig A4-papier klaar voor de kaft van het dierenboek en een kleiner formaat tekenpapier voor
    de illustratie op de kaft.
  • Maak een foto van de materialen van deze opdracht en bevestig die op het planbord.

Instructie

  • Tijdens de klassikale instructie legt u de functie van de doe-kaart uit.
  • Daag de kinderen uit om helemaal zelf uit te vinden wat de bedoeling is van de opdracht.
  • Laat kinderen de gemaakte verhaaltjes voorlezen in de afronding van de les.

Meer spelend leren

Meer leuke opdrachten over spelend leren? Kijk in de leerkrachtsoftware voor het volledige artikel uit Veilig leren lezen kim-versie of doe inspiratie op in een van onze andere blogs over dit onderwerp.

Reacties (0)

Geef een reactie

Jouw email wordt niet gepubliceerd.

0
    Je winkelmand
    Je winkelmand is leeg< Verder winkelen
      Bereken verzendkosten
      Kortingscode toepassen

        Toegevoegd aan winkelmand

        Naar winkelmandje